De pollak

De Internet Gids gaat vissen en vangt de pollak, door Willem Sjoerd van Vliet.

De nacht voordat we gaan vissen droom ik van een meisje met goud in het haar. Het is oogverblindend. Het haar straalt als slierten radioactief zeewier.
"Fjordvissen, we gaan fjordvissen, het is zover!" Het is Rogier.
"Nog tien minuten", kreun ik, "ik ben verliefd, geloof ik."

De medewerker van de sportwinkel raadt ons metalen visjes van 35 gram aan, ze glimmen als een set goedkope oorbellen. En dat we het oranjekleurig aas moesten hebben, de pollak is kieskeurig in het voorjaar.

Het is eb en half drie 's middags, Rogier en ik staan aan de oever van een fjord. Mijn eerste vangst is visdraad van een vreemde. Het glinstert in de zon als een slijmdraad van de zee. Ik haal het uit omhoog en rol om mijn vuist. Bij de volgende worp maakte mijn hengel opeens een diepe buiging naar het water. Opgewonden maar voorzichtig draai ik aan het molentje, ik voel de kracht toenemen. Opeens niets meer.
"Ze is er vanaf", roep ik naar Rogier. Dan weer een snok, "toch beet!"
Ik haal haar binnen tot er daglicht op de vis valt. Onder mij zwemt een gouden fietsreflector, nee iets anders, ik kan de kleur niet plaatsen. Secuur ik haal haar uit het water en pak haar stevig vast achter de kieuwen. Er komt een beetje poep uit de aars.
"En nu?" vraag ik Rogier.
"Nu maak je de vis dood."