Amsterdam, 24 juni 2011
Aan de leden van de Tweede Kamer,
Met verbazing hebben wij kennis genomen van de aanwijzing van de Staatssecretaris voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap dat het Nederlands Letterenfonds de subsidiëring van literaire tijdschriften volledig dient stop te zetten (Kamerbrief ‘Meer dan kwaliteit: een nieuwe visie op cultuurbeleid’, 8-6-2011).
Als schrijvers voelen wij het als onze plicht u te wijzen op de systeemfunctie van literaire tijdschriften in de ontwikkeling en bloei van de Nederlandstalige literatuur.
Kennelijk louter op basis van slecht geïnformeerde mediapublicaties noemt zowel de Raad voor Cultuur als de staatssecretaris als enig argument voor stopzetting van de subsidie een vermeend ‘gering publieksbereik’. In het licht van het huidige literaire landschap slaat dit argument de plank geheel mis.
Graag wijzen wij erop dat nagenoeg alle betrokken tijdschriften behalve met hun papieren edities, gelezen door een publiek van abonnees, professionele lezers en schrijvers, alsook leden van (universiteits)bibliotheken, tevens op internet actief zijn met eigen en gezamenlijke websites.
Via de Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren (www.dbnl.org) is nu reeds een aanzienlijk deel van de archieven toegankelijk en dit zal in 2012 nog sterk worden uitgebreid. De DBNL krijgt jaarlijks vele tienduizenden hits op de pagina’s van deze tijdschriften, die algemeen worden beschouwd als een schatkamer aan literair en literair-historisch materiaal.
Zowel voor gearriveerde als voor beginnende schrijvers is een levendige omgeving van literaire tijdschriften van het allergrootste belang, en zal dat ook in de voorzienbare toekomst blijven. Het stempel van goedkeuring (‘peer review’) en het redactionele advies van een tijdschrift van naam zijn niet alleen zeer gewild bij debutanten, maar worden ook door literaire uitgevers serieus genomen. Kwetsbare literaire genres, zoals het langere essay dat bijna geheel uit kranten en opiniebladen is verdwenen, en poëzie vinden in literaire tijdschriften een onmisbaar podium.
Kortom, de ontwikkeling van het schrijverschap in het Nederlands en dus van de Nederlandse literatuur zou zeer geschaad worden door het verdwijnen van de literaire tijdschriften.
De verwachte ‘opbrengst’ aan overheidszijde van de aangekondigde bezuiniging – circa € 285.000 per jaar – staat in geen verhouding tot de te verwachten schade.
Sterker nog, de overheid heeft hier ontegenzeglijk een stimulerende en ondersteunende taak te vervullen, een taak waarin zij het Nederlands Letterenfonds aan haar zijde vindt. Ook de
Vereniging Literaire Tijdschriften (VLT), te bereiken via degids@arbeiderspers.nl, heeft zich in de afgelopen jaren een energieke gesprekspartner betoond waar het gaat om de exploitatiemogelijkheden van literaire tijdschriften.
Wij roepen derhalve het parlement op deze ongefundeerde ingreep in de letterenwereld terug te draaien, de tijdschriften te blijven steunen die zo'n stimulerende en verbindende rol spelen in de literaire wereld, en de sector op een integere en professionele manier te betrekken bij de door de politiek gewenste ontwikkeling van haar subsidiebeleid in de letteren.
Was getekend,
Frits Abrahams
Arnoud van Adrichem
Mischa Andriessen
Robert Anker
Frank Ankersmit
Maarten Asscher
Sander Bais
Gerbrand Bakker
Maria Barnas
Abdelkader Benali
H.C. ten Berge
Alfred Birney
Mark Boog
Pieter Boskma
Fleur Bourgonje
Matthijs van Boxsel
Wim Brands
Hugo Brandt Corstius
Anneke Brassinga
Leonoor Broeder
Jeroen Brouwers
Frans Budé
Maarten van Buuren
Dorrit van Dalen
Sebastian de Haro
Adriaan van Dis
F. van Dixhoorn
Maarten Doorman
Nico Dros
Arjen Duinker
Stephan Enter
Sjoerd van Faassen
Piet Gerbrandy
Eva Gerlach
Annemieke Gerrist
Tijs Goldschmidt
Ger Groot
Arnon Grunberg
Micha Hamel
Léon Hanssen
Sarah Hart
Kees ’t Hart
Maarten ’t Hart
Sanneke van Hassel
Mariëtte Haveman
Krijn Peter Hesselink
Ingrid Hoogervorst
D. Hooijer
Auke Hulst
Toef Jaeger
Esther Jansma
Oek de Jong
Saskia de Jong
Atte Jongstra
Chris Keulemans
Mensje van Keulen
Hester Knibbe
Antoine de Kom
Anton Korteweg
Wiel Kusters
Astrid Lampe
Delphine Lecompte
Joke van Leeuwen
Tomas Lieske
Menno Lievers
Erik Lindner
Gilles van der Loo
Jannah Loontjens
Ad Maas
Nop Maas
Lieke Marsman
Marita Mathijsen
Nicolaas Matsier
Piet Meeuse
Aad Meinderts
Erik Menkveld
Jan van Mersbergen
Maaike Meijer
K. Michel
Erwin Mortier
Jos de Mul
Ramsey Nasr
Cees Nooteboom
Willem Jan Otten
Gustaaf Peek
Carel Peeters
Hagar Peeters
Ester Naomi Perquin
Yves Petry
Barber van de Pol
Joost Pollmann
Marjolijn Pouw
Remco Raben
Marc Reugebrink
Thomas Rosenboom
Maarten van Rossem
Daniël Rovers
Frans Saris
Alfred Schaffer
K. Schippers
Allard Schöder
Xandra Schutte
Jan Siebelink
Martijn Simons
Ineke Sluiter
F. Starik
Ilse Starkenburg
Herman Stevens
Mustafa Stitou
Hans Tentije
Willem van Toorn
Aleid Truijens
Manon Uphoff
Anne Vegter
Leo Vroman
Rogi Wieg
Menno Wigman
Nico Wilterdink
Peer Wittenbols
Frans van Woerden
Maartje Wortel
Patrick van IJzendoorn
Joost Zwagerman
Redactie- en redactieraadsleden van De Gids
Jan-Willem Anker
Roel Bentz van den Berg
Hans Maarten van den Brink
Gerlien van Dalen
Adriaan van Dis
Jeroen van Dongen
Louise O. Fresco
Laurens van Krevelen
Edzard Mik
Annet Mooij
Arjen Mulder
Willem Otterspeer
Monika van Paemel
René van Stipriaan
Abram de Swaan
Dirk Vis
Michel van de Waart
Dirk van Weelden
en de uitgever van De Gids
Lex Jansen