Door naar de maat van het t-shirt van het meisje te kijken, of naar de tekens op haar bikinitop, of het soort tegels van het zwembad, zou ik van alles kunnen concluderen over de locatie, over het meisje en over haar verhouding tot de fotograaf, maar zo kijk ik er niet naar.
Toen fotografie nog jong was, ving men er spoken mee. Wat op de afdruk gezien werd als spookverschijning, bleek achteraf natuurlijk steeds een vlek gemaakt door toeval of technologisch geknoei in het donker. Waar zie je tegenwoordig spoken? Niet op je smartphone, niet in virtual reality of met apps. Alleen in het geheim, in het donker, in je eentje. Als er ooit een foto van een spook wordt gemaakt, dan zal de desbetreffende camera geen licht vangen, maar iets anders.
Ik zag nooit een spook, maar wel de donkere gang, het verlaten trappenhuis en de maanverlichte huiskamer, waar ik als ik zelf een geest zou zijn graag zou verschijnen. Ik heb nooit een foto van een overleden ziel gemaakt, maar wel talloze mislukte digitale foto's met wazige kleuren en vlekken van ontaarde feestjes.
Bij digitale fotografie heb je geen negatief, nooit die omgekeerde versie van de werkelijkheid. Je hebt wel een veelheid aan foto's, een overvloed aan probeersels. De net-niet foto's die automatisch worden bewaard, maar die je niet afdrukt of deelt.
Er wordt meer van je gezien dan je denkt. Deze zwembadfoto komt uit het mapje "Mijn afbeeldingen" op de computer van iemand die ik niet ken, maar die zijn of haar foto's per ongeluk deelt samen met de illegaal en expres gedeelde muziekbestanden. Bladeren door de onbedoeld gedeelde mappen "Mijn afbeeldingen" van onbekenden is scrollen door een asociaal medium. Mapjes vol momenten net na of voor een fotogeniek moment, beschamende gebeurtenissen, vieze, stinkende, banale en lelijke situaties, kerels uitgeteld op de vloer en af en toe opeens iets subliems, toevallige momenten waar de controle volledig kwijt was, oftewel: het leven. Door onbewerkte beelden gaan is vakantie voor je ogen. Een verademing vergeleken met de dagelijkse stroom aan gemedieerde beelden die maar niet rauw willen blijven.
De meeste mensen delen plaatjes van hun uiterlijk. Sommigen delen hun blik. Onderzoekers zeggen, dat als je iemand vier minuten lang aankijkt, nadat je samen een serie vragen hebt afgewerkt, dat je dan zeker weten verliefd op elkaar wordt. Met iemands blik samenvallen is opwindender dan kijken naar iemands uiterlijk. Met iemands eigen blik op het eigen uiterlijk samenvallen lijkt me nog het spannendst.
“It is seeing which establishes our place in the surrounding world,” zegt John Berger in de klassieke docu-serie Ways of Seeing, die ik graag terugkijk als ik nergens zin in heb.
Een kind dat de ogen afschermt, is ervan overtuigd dat het zelf onzichtbaar is geworden.
Ik ga door de mappen met rauwe foto's die niemand ooit gemaakt heeft om rondgestrooid te worden. Ik weet niet waar ik naar zoek, maar ik weet wel dat ik het zal zien als ik het tegenkom. Het meisje in het zwembad met het t-shirt over haar kop duikt op. Ze heeft het t-shirt over haar hoofd gedaan uit balorigheid. Het resultaat is: even geen blik, niet hoeven kiezen waar te kijken. Zelf niet kunnen zien, maar wel gezien kunnen worden. Het negatief van een geest.
Ik kijk naar het meisje, maar zij kan mij niet zien. En ik hoef ook niet gezien te worden, ik streef ernaar alleen nog maar blik te zijn.
In dezelfde tv-serie zegt John Berger: "Een vrouw kijkt steeds naar zichzelf, is altijd vergezeld van haar eigen beeld van zichzelf."
Ik ken dit wildvreemde meisje al jaren, zo voelt het. Onze blikken vallen samen. Ik zie hoe gevoelig ze is over de grootte van haar borsten, hoe raadselachtig haar eigen benen voor haar zijn, hoe trots ze is op haar Egyptische koninginnegezicht.
De vier afleveringen van Ways of Seeing van John Berger zijn te zien op YouTube.
Een selectie van in "Mijn afbeeldingen"-mapjes gevonden foto's is verzameld op foundphotos.net