Bezield hout

Voordat poppen speelgoed voor kinderen waren, werden ze gebruikt om de doden te eren of om de vruchtbaarheid van vrouwen te stimuleren. In de Hanzestad Lübeck landde Pek van Andel in een betoverend woud van bewegende poppen.


Het begon in 1973 met één pop in Sicilië. Fritz Fey, zoon van een beroepspoppenspeler uit Lübeck, ontmoette daar een oude marionettenspeler, die zijn negentiende-eeuwse figuren liet zien, waaronder een geharnaste Saraceense krijger met kromzwaard en schild. Hij kocht de marionet, die uitkristalliseerde tot de grootste verzameling bewegende poppen ter wereld, uitgestald in zes koopmanshuizen in de oude Hanzestad Lübeck, die nu het TheaterFigurenMuseum en het Figurentheater huisvesten.
De bezoeker betreedt er een onbekende wereld. Steeds weer een vertrek met poppen uit Europa, Azië en Afrika, en dat van de laatste drie eeuwen.
Poppen begonnen lang geleden niet als kinderspeelgoed of als vermaak, maar als grafpop, voorouderfiguur of vruchtbaarheidspop in een cultus.
Poppenspel als amusement stamt waarschijnlijk uit het oude Griekenland. Komedianten speelden er in het theater, maar ook op straat als clown en nar. Ze gebruikten poppen in hun voorstelling, ontdekten zo de magie van de bewegende pop, en schiepen daarmee het poppentheater.
De centrale figuur heet in het Italiaans Pulcinella, in het Engels Punch (‘vuistslag’), in het Duits Kasper, in het Frans Guignol, in het Russisch Petruschka, in het Turks Karagöz (‘zwartoog’) en hier Jan Klaassen. Deze theaterfiguren zijn vrij, onafhankelijk, kritisch, geestig, listig, en vijandig tegen autoriteiten als de duivel, de edelman, de politieagent en de heks, maar lief voor kinderen.
Het poppenspel werd dikwijls door hele families beoefend en van vader op zoon en van moeder op dochter doorgegeven. Zo heeft het Duitse geslacht Schichtl zeven generaties lang zelf de poppen gemaakt, gekleed, gespeeld en de stukken gekozen en geschreven. Ze speelden op jaarmarkten, levend en reizend in een woonwagen. Omdat ze van het oude volk waren, moesten ze in de nazitijd stoppen, naar later bleek voorgoed. Andere poppenspelersdynastiën bestaan nog, zoals de familie Bille, die al driehonderdvijftig jaar speelt.
Vanaf het Griekse begin bestond er een kruisbestuiving tussen het poppenspel en andere theaterkunsten als toneel, dans en muziek. Zo werd Goethe geïnspireerd door het poppenspel Dr. Faust uit 1588. En gebruikt het poppenspel de literatuur, in India bijvoorbeeld de goden- en heldensagen Mahabharata en Ramayana (vergelijkbaar met de Ilias en Odyssee) en ook taoïstische en boeddhistische mythen.
Het schaduwspel stamt uit China of India. Het oudste verhaal erover is van 121 vóór Christus. De lievelingsvrouw van de Chinese Keizer Wu sterft. De heerser is zo treurig, dat de magiër Shao Wong haar gestalte uit leer snijdt en tot leven brengt op een strak doek, dat in het donker wordt verlicht met één olielamp.
Wajang, bij ons het meest bekende schaduwspel, is Javaans voor schaduw én geestverschijning. Via Arabieren, Egypte en Osmanen kwam het schaduwspel in Turkije terecht. Uit Azië stammen verder opvouwbare draagbare poppentheaters, die van een voorname eenvoud getuigen. Reizende poppenspelers speelden er ín, vóór hun borst, staande.
De bewegelijkste pop in het museum is Afrikaans en werd bij de Ibibio’s buitgemaakt. De stokpop heeft een oranje-rode dikke pik, die bungelt aan een touwtje, dat de roede opricht, zodra en zolang er aan getrokken wordt.
De huidige steriele stereotiepe levende standbeelden, die voor geld één beweginkje maken, én hun publiek, raad ik Lübeck aan. Zoals Jean Cocteau zei, volgens één van de getoonde poppenspelaffiches: "Er zijn teveel zielen van hout om niet van houten personages te houden die een ziel hebben."

--

Meer info:
Poppenspelmuseum Vorchten
TheaterFigurenMuseum Lübeck