Essay / 31.07.23
Veranderlijke gewaarwordingen
Dossier
P////AKT
Poëzie / 26.05.22
Veld
DIG verzorgt de randprogrammering van P////AKT voor het seizoen 2022-2023 met de titel Turning to Dust and Bones. Hannah Chris schreef Veld als reactie op de tentoonstelling Powercells, the commons van Anders Dickson in P////AKT, te zien van 24 April – 29 May 2022.
je wilt een ritueel maken. iets dat door een kolossaal aantal mensen gedeeld wordt. mensen die op het eerste gezicht niets met elkaar te maken hebben, die toch op precies hetzelfde moment precies dezelfde handeling uitvoeren. een dans haast. een choreografie. het moet iets kleins zijn. een tandenborstel die wordt opgepakt, even wordt vastgehouden. nee, abstracter. een handeling waarvan de betekenis niet vastligt. die zich niet laat bepalen door functionaliteit. allerlei mensen van overal op de wereld, die, in badkamers, supermarkten, kantoren, parken, op precies hetzelfde moment, zonder een woord met elkaar te delen, op de grond gaan liggen. hun armen gespreid. allemaal hebben ze voor even het gevoel dat ze zwaar zijn. dat ze zijn verzonken in de grond. onbeweeglijk. topzwaar.
en dat ze daarna, als ze één voor één weer overeind komen en hun dag vervolgen, waar waren ze ook alweer mee bezig, een stukje lichter zijn dan eerst, net zoals je, als je een tijdlang een zware rugzak hebt gedragen en die eindelijk van je schouders laat glijden, het gevoel hebt dat je een heel klein beetje zweeft.
een bedauwd veld
nog voor de ochtend is aangebroken
tientallen lichamen liggen verspreid over dat veld
iets vleit zich neer en spreidt zich uit
zal ik je
je mag me
als je maar zacht
iemand ligt met geopende mond
op de vochtige bosgrond en blaast
adem de aarde in
mos streelt hun lippen
likt hun liezen
iets ademt
een kuil in de mossige grond
waar licht zich verzamelt als water
een hoofd laat zich achterover zakken
legt zich vanaf de kruin in dat hete water
en het hoofd opent zich
strekt hun zenuwen uit
naar het mycelium
iemand richt zich wervel voor wervel op
en maanlicht breekt op hun huid als een golf
een ademende, zingende lengte
elke keer dat je opstaat laat je iets achter
wat je achter mag laten
iemand draagt kinderen in diens armen
ongeopende bloesemknoppen in diens hals
iemand weerstaat de verleiding
om sneller te gaan dan zichzelf
iemand weerstaat de verleiding
om een beweging los te wrikken
om warmte te forceren
om het lijf iets anders te laten zijn dan een afgekoeld lijf
in een bedauwd veld
voor het aanbreken van de ochtend
we zijn neergestort en terwijl we vielen muteerden we
we zijn gaan liggen op de plekken waar we terechtkwamen
er was een moment van stilte
en toen zijn we weer opgestaan
ik, die zoekt naar stemmen in het bos
ik, die hun onderlichaam tot aan de navel bedekt met aarde, bladeren, pissebedden
ik, die trauma voorvoelde dat hen later pas zou raken
ik, die de lege plekken tussen de objecten bewoont met honger
ik, die hun lichaam uitspreidt over een ruwe, schuingetrokken stam
ik, die iets bij zich draagt dat hen ergens, gaandeweg, verliest
ik, die de weg terug niet meer kan vinden en weet dat hen dat ook niet wil
ik, die bang is voor een ontmoeting die onvermijdelijk wel zal gebeuren
ik, die vanaf hun rug gezien
balancerend op scherven
de stap opzij niet zet
ik, een bekken een samengebalde vuist
ik, een kogelgat waaruit een paarse schimmel bloeit
ik, koraal geworden ik adem zoutkristallen bedek mezelf met zeewier
ik, schimmel ik een veer
ik, vingertoppen die de grond net niet raken
Essay / 31.07.23
Dossier
P////AKT
Verhaal / 23.04.23
Dossier
P////AKT
Video / 25.09.23
Dossier
P////AKT
Verhaal / 19.02.23
Dossier
P////AKT
Memoir / 19.12.22
Dossier
P////AKT
Poëzie / 23.01.23
Dossier
P////AKT
Poëzie / 31.07.22
Dossier
P////AKT
Poëzie / 26.05.22
Dossier
P////AKT