Nieuw Babylon

Beeld & Poëzie / 29.10.20

Zaventem / Machelen / Viaduct van Vilvoorde

Johan van Dijke, Tijl Nuyts

Beeld: Johan van Dijke

Zaventem

Ik ben bang in mijn blauwe deelauto.
Hij is fragiel als een blozende kerstbal. Barst meteen.
Je weet maar nooit: iemand zou hem kunnen oppikken
en ermee bowlen. Wie? Om het even welke bestuurder
met wie ik dit kruispunt deel, het toeval, het lot – of God.

Op de achterbank zitten vier levende wezens
met vreemde gezichten. Ze knikkeren met kolen.
De kunstlederen bekleding gaat ervan smeulen
en ‘het is hier al zo warm’, zegt het meest links zittende wezen.

Mijn reisgenoten heb ik op café ontmoet.
Het eerste wat me aan hen opviel waren hun gezichten:
van voren leken ze op dat van een mens, rechts op dat van een leeuw,
links op dat van een stier en van achteren op dat van een adelaar.

Doordat ik zo in de war was door hun gezichten, merkte ik
aanvankelijk niet dat ze elk vier vleugels hadden:
twee ervan waren naar boven uitgestrekt en raakten
elkaar (en schuurden langs het plafond),
de overige twee bedekten hun lichaam.

Nog iets: als ze bier gingen halen, deden ze dat zonder aarzelen.
Ze gingen waarheen de geest hen dreef en keerden niet om,
wandelden dwars door andere cafégangers heen. Net als ik
hielden ze van streekbieren, dus we raakten in gesprek.

Wat bleek na vijf rondjes?
Ze boden me een uitweg,
een manier om te verdwijnen:
niet via de achteruitgang, maar via de ingang
van iets groters, geen deur, maar een weg
en een deelauto om erop te rijden.

Enige voorwaarde: zij zouden meeliften
als passagiers, en in de kofferbak zou ruimte
worden gereserveerd voor hun rugzakken
en reddingsvesten.

‘Echt waar, merci,’ zei ik, en we stapten in.
De rest is geschiedenis, smeulen van kolen
en één broze kerstbal, alleen op de snelweg.




Beeld: Johan van Dijke

5 Machelen

Ik rook een sigaret terwijl ik de Eucharistie nuttig
en me de geur van de eerste Europese okapi
in gevangenschap voor de geest probeer te halen.

‘De komeet komt eraan,’
zegt de stem van de GPS
en zoals altijd heeft ze gelijk.

Wanneer ik me afvraag
wat de bedoeling van dit alles is
springt de nacht in de auto
als een hypoallergene kat.

Even is het stil.

Dan vertellen de wezens op de achterbank me
dat je in het Albanees urenlang met elkaar kan praten
zonder het woord ‘ik’ te gebruiken.




Beeld: instagram.com/thelassigo

Viaduct van Vilvoorde

We rijden rond een navel.
We zien, ruiken, voelen,
horen en weten alles:

De bochel van de basiliek,
honderd huilende gezichten
van mooie jongeren in woontorens,
het knipogen van de dood,
stromen auto’s, blinkende daken,
het daglicht dat als hete blokken boter
de fabrieken wordt afgeduwd, langs de gevels
onze ogen in glijdt.

We zien aanslagen, tunnels, zinkgaten,
we zien volkstuintjes onder de vliegtuigen.
We ruiken gedrogeerde pony’s op de kermis
en de cirkel waarin ze sjokken. We betasten
het standbeeld van een koning en horen
hoe twee afgronden elkaar roepen
als een toeterende Turkse trouwstoet.

We kunnen niet weerstaan
aan onze drift tot wereldvergaping
en hangen urenlang aan de uiers van de zon.


Johan van Dijke is kunstenaar en woont en werkt in Amsterdam. Zie ook: www.johanvandijke.com en instagram.com/thelassigo/

Meer van deze auteur

Tijl Nuyts is auteur en eindredacteur poëzie van het literaire tijdschrift Kluger Hans. Zijn poëziedebuut Anagrammen van een blote keizer werd in 2017 genomineerd voor de C. Buddingh’-prijs. De opvolger Vervoersbewijzen (2022) werd bekroond met de Herman de Coninckprijs en stond op de shortlist van De Grote Poëzieprijs.

Meer van deze auteur